“Insecten” is eigenlijk een tamelijk ondoenlijk thema. Alleen al in Nederland zijn er zo’n 23.550 soorten. Om en nabij, natuurlijk. Een vaststaand getal is al helemaal niet te noemen. Er komt nog wel eens een soort bij omdat de omstandigheden voor die soort hier gunstiger geworden zijn. Of er wordt per ongeluk een soort ingevoerd met spullen of planten die we importeren. Er wordt ook nog wel eens een nieuwe soort ontdekt- veel insecten zijn zo klein dat ze zelfs in een goed gevuld land als het onze lange tijd ongezien kunnen bestaan. Andere soorten verdwijnen uit Nederland of sterven helemaal uit. Maar het precieze getal is ook niet zo interessant. Het ging er om duidelijk te maken dat het eigenlijk absurd is je project zo breed aan te vliegen. Alleen al over vliegen kun je trouwens de rest van je leven iedere week een blog schrijven zonder in de buurt te komen van wat er te weten valt over vliegen.
Of over mieren! Daar zijn ook honderden soorten van, met soms bizarre gewoontes. Er zijn mieren die bladluizen kolonies houden. Of agrarische mieren. Parasolmieren bijvoorbeeld, die in fantastische optochten met bladeren door het bos lopen. Niet om de lol van de optocht, hoewel ik hoop dat ze er de schoonheid zelf ook van inzien, maar omdat ze de bladeren nodig hebben voor hun schimmekwekerij. Er zijn mieren die de koppen van hun verslagen tegenstanders verzamelen. Niet om over op te scheppen tegen hun soortgenoten, maar waarschijnlijk om de geur van die andere mieren aan te kunnen nemen. Zo kan de koningin ongemerkt in het nest van een andere soort binnendringen, daar de al aanwezige koningin te doden en haar eigen eieren leggen. Die worden dan door de andere soort gevoed en grootgebracht. Maar er zijn ook mieren bestudeerd die hun gewonde soortgenoten verplegen en verzorgen..
Niets lijkt onmogelijk binnen de insectenwereld. Ook “samenwerking” tussen soorten komt voor. Een heel mooi voorbeeld daarvan is in Nederland te vinden. Het pimpernelblauwtje, een mooi blauw vlindertje. Zoals de naam al doet vermoeden legt het pimperneblauw-vrouwtje haar eitjes op de grote pimpernel. Niet op zó maar een grote pimpernel, maar uitsluitend een plant waar een kolonie knoopmieren zich onder gevestigd heeft. Als de rupsen zich een week of drie tegoed hebben gedaan aan de blaadjes van de grote pimpernel en groot (en dapper! en wreed!) genoeg zijn voor hun volgende levensfase verpaatsen ze zich naar de grond. Daar laten ze zich ontvoeren door de knoopmieren werksters, die ze waarschijnlijk voor verdwaalde mierenpoppen aanzien. Of ruiken, want mieren zien wel wat maar geur is hun voornaamste zintuig. In het nest aangekomen doen ze zich tegoed aan de mierenlarven. Na de winter kruipen ze naar de bovenste nestkamers om te verpoppen en zich dan als vlinder snel uit de voeten te maken voor ze ontmaskerd worden.
Dit verhaal inspireerde me tot het maken van een familieportret. Het idee was om er een soort openklapbaar medaillon van te maken, met daarin een “plaatje” van het ouderlijk huis: de grote pimpernel. Vervolgens een aandoenlijk portretje van de pleegmoeder met de rups, en uiteindelijk het volwassen pimpernelblauwtje.

Lekker klein natuurlijk, want ik wilde het in een pillendoosje laten passen dat ik nog had liggen. Dat uiteindelijk vervangen zal worden door een mooier exemplaar trouwens, want bij nader inzien is dit wel een heel blikkerig nepgoudkleurig exemplaar. En eigenlijk moet het een iets dieper doosje zijn, zodat het ook echt dicht kan. Of misschien moet ik zef maar een doosje maken. En misschien maak ik de mier met de rups nog een keer opnieuw, omdat er precies in de kop van het rupsje een witte vlek zit (fossieltje in de steen) waardoor je niet goed ziet hoe lief hij naar zijn pleegmoeder kijkt..of is het hongerig?!?

Mooi verhaal Sjanneke,wat leer ik toch veel van je!! Groetjes Thomas
Wat een leuk initiatief! Ik ga je natuurlijk volgen..
Ik trof een mooi citaat aan: “Niemand spreekt beter dan de mier en zij zegt niets.” [Benjamin Franklin]
Sjanneke En Het Klein Insektenboek!
Wonderbaarlijke eigenschappen en levenspaden hebben insecten; zeer leerzaam.
Wat een fantastisch complexe levens leven er ongezien op onze wereld. Zo mooi dat jij dat tevoorschijn haalt! Grieke
Weer een prachtig verhaal! Mijn werkstuk voor biologie ging over de rode bosmier. Mieren als familie verhaal? Zolang het maar geen gemier wordt….